Deze 'bruurs' serveren hun eigen gebrouwen bier op MAD Festival
Het festivalhart van een circusfestival? “De bar!”, vinden broers Vincent, Simon en Cédric van circusgezelschap Collectif Malunés. Op MAD Festival toveren deze creatieve bruurs een ongebruikte circustent om tot een sfeervolle bar. Je kan er proeven van hun zelfgebrouwen bier: BRUUR, la bière des frères.
“Noem het een uit de hand gelopen hobby”, lacht Vincent, de jongste van de vier broers Bruyninckx. In 2009 richtte hij samen met zijn broer Simon circusgezelschap Collectif Malunés op (die donderdag en zondag te zien zijn op MAD Festival).
Tien jaar later schakelden ze hun oudste broer Cédric in voor een nieuw project: hun eigen bier - “BRUUR” - brouwen, een IPA met citrustoets. Dit jaar runnen ze de bar op MAD Festival, waar je datzelfde bier (én hun eigen gestookte gin) kan proeven.
Een bar die circus ademt
“We zijn zelf 70% van het jaar op tournée”, legt Vincent uit. “Daar zien we hoe de bar vaak het festivalhart wordt. Toeschouwers, artiesten, jong en oud ontmoeten er elkaar. We willen dit centrale plekje wat identiteit geven.”
Die centrale plek komt in dit geval in een tijdelijk ongebruikte circustent van Collectif Malunés, die ze omtoveren tot een sfeervolle bar. “Als nomadisch gezelschap dragen we de circustent hoog in het vaandel. We brengen mensen daarom graag samen in een tent die we niet het hele jaar door gebruiken. In combinatie met wat accenten uit onze Malunés-inboedel, krijgen we zo een bar die circus ademt.”
80% in de culturele sector
Het barconcept van de broers is een manier om hun tot hiertoe succesvolle BRUUR-verhaal verder te zetten. “In 2019 begonnen we bier te brouwen”, vervolgt Vincent. “Iets later stookten we onze eigen gin. De reacties waren enorm positief, dus we vergroten onze productie. Maar we willen graag commerciële supermarktketens vermijden en zo dicht mogelijk bij de culturele sector blijven. Denk aan lokale bioscopen, culturele centra, de naaiclub van de bomma, festivalletjes, … Met succes: in 2022 slaagden we erin 80% in de culturele sector te verkopen.”